breng kwetsbare wijken naar een hoger plan!

Trek wijkeconomie in kwetsbare wijken naar een hoger plan!

MKB: 'Trek wijkeconomie naar een hoger plan'

MKB-Nederland onderschrijft de conclusie van de onafhankelijke Visitatiecommissie Wijkenaanpak dat de wijkeconomie naar een hoger plan moet worden gebracht.

Aan de hand van projecten die zij zelf in een aantal aandachtswijken (voormalige Vogelaarwijken) uitvoert, constateert de ondernemersorganisatie dat ondernemers zeker in hun wijk kunnen en willen investeren, maar dat dat mede afhangt van de mate waarin zij door gemeenten erbij worden betrokken en in hoeverre de gemeenten investeren in het vestigingsklimaat.

De Visitatiecommissie Wijkenaanpak, die werd ingesteld door het vorige kabinet, bezocht in 2010 en begin dit jaar 40 aandachtswijken in 18 gemeenten en 8 betrokken ministeries en sprak met circa 800 bestuurders, professionals en bewoners. In haar eindrapport Doorzetten en Loslaten stelt de commissie terecht vast dat de economie van de wijk een belangrijke motor is voor de ontwikkeling van een wijk op sociaal, fysiek en economisch terrein en er is een directe relatie met de ontwikkeling van de vastgoedwaarde. MKB-Nederland heeft bij de start van de wijkenaanpak steeds aandacht gevraagd voor de belangrijke rol die (de aanwezigheid van) ondernemers daarbij kan spelen.

Wijkeconomie heeft brede belangstelling en er zijn goede voorbeelden, maar niettemin komt de commissie tot de conclusie dat de potentiële kracht van dit belangrijke ‘gaspedaal’ in de meeste gemeenten nu onvoldoende wordt ingezet. Het begrip wijkeconomie wordt veelal smal en beperkt uitgelegd. In de praktijk loopt het beeld uiteen van het (alleen) verbeteren van een winkelstraat tot - aan de andere kant van het spectrum - het toeleiden van kwetsbare groepen naar een werkplek binnen of buiten de wijk.

Voor nagenoeg alle gevisiteerde gemeenten is het de opgave om de komende jaren tot een visie op dit terrein te komen, aldus de commissie. Het gaat er om verdieneffecten te benoemen, inzicht te krijgen in de waardeontwikkeling, het zoeken naar coalitiepartners (te inventariseren hoe de geldstromen binnen de gemeentelijke kokers lopen, het leggen van een verbinding tussen de economische potentie in de wijk en de regionale economie, met het doel om uiteindelijk tot een ‘sustainable’ economie te komen. Op dit terrein zal er nog veel werk dienen te worden verzet, aldus MKB-Nederland.

De ondernemersorganisatie is van mening dat de wijkaanpak vooral moet worden doorgezet. In veel gemeenten is inmiddels de erkenning dat wijkeconomie een belangrijke pijler is in de wijkontwikkeling. De visitatiecommissie adviseert terecht dat de wijkaanpak een meer economische benadering en particuliere investeringen nodig heeft. MKB-Nederland voert in acht van dit soort wijken zelf projecten uit. De ervaringen daar laten zien dat het loont om ondernemers in een vroeg stadium bij plannen te betrekken; dat levert inderdaad particuliere investeerders en innovaties op. Ondernemers kunnen en willen investeren in hun wijk, maar hebben de gemeenten nodig voor de randvoorwaarden, zoals een goed en veilig vestigingsklimaat.

MKB-Nederland wijst verder onder meer op het belang van meer samenhang in de aanpak en maatregelen. In veel wijken is de wijkeconomie nog te veel spel van gemeenten en corporaties alleen. Juist bij de fysieke wijkontwikkeling en het daarmee aantrekken van nieuwe inkomensgroepen speelt ondernemerschap belangrijke rol. Denk daarbij aan belangrijke voorzieningen als de sportschool, kinderopvang en de buurtsuper.

Voor meer informatie lees hier meer over het project Wijkeconomie van MKB-Nederland

Handboek Wijkeconomie

Wat is wijkeconomie?

Het antwoord op de vraag 'Wat is wijkeconomie?" is niet eenduidig. Er worden dan ook verschillende definties gehanteerd.

Het OTB-rapport Economische initiatieven in de stadswijken (2006) definieert wijkeconomie aan de hand van de doelstellingen van wijkeconomie. In het rapport wordt onderscheid gemaakt tussen interventies gericht op het behoud en/of de komst van bedrijven naar een wijk en initiatieven die tot doel hebben om het rondkomen en vooruitkomen van de bewoners in een wijk te verbeteren. 

Interventies zijn dus of gebiedsgericht, ofwel persoonsgericht. In enkele gevallen streeft men met een project in ongeveer gelijke mate zowel gebiedsgerichte als persoonsgerichte doelen na. In de definitie die de onderzoekers hanteren komen deze twee richtingen tot uiting:

"Wijkeconomie omvat alle initiatieven die tot doel hebben om de economische positie van bewoners in een specifiek benoemde wijk te versterken of om economische functies in een specifieke wijk te realiseren dan wel te stimuleren."

Handboek wijkeconomie
In 2010 heeft het ministerie van Economische Zaken het Handboek wijkeconomie uitgebracht met als doel gemeenten te ondersteunen bij het opstellen van concreet beleid omtrent wijkeconomie. In dit handboek wordt de volgende definitie van wijkeconomie gehanteerd:

"Het volledig benutten van de economische potenties van een wijk en haar bewoners, waardoor een bijdrage wordt geleverd aan de economische vitaliteit en de leefbaarheid van een wijk."

Het ministerie van Economische Zaken vult hierbij aan dat het perspectief dat wijkeconomie kan bieden per wijk zal verschillen. Bij interventies in wijkeconomie dient gebruik te worden gemaakt van lokale identiteit, de aanwezige ondernemers en bewoners met hun kwaliteiten en ambities. De mogelijkheden om wijkeconomie te stimuleren zullen dan ook per wijk verschillen.

In de definitie van het OTB gaat wijkeconomie zowel over de effecten voor de wijk als over de effecten van de individuele bewoners. In de definitie van het ministerie is het doel de vitale en leefbare wijk en het middel de economische potenties van de burgers.

In dit overzicht gaat het zowel om de wijkdoelstellingen als de individuele doelstellingen van wijkeconomie en hanteren we de definitie van het OTB.

Nieuwe reacties

07.11 | 15:34

Heel fijn dat zo een site bestaat

24.10 | 19:33

Deze pagina is erg duidelijk om wat hier gaat in onze wijk.Ik hoop dat veel mensen mensen zich inzetten.